BASISINFORMATIE LGBT+
Inhoud
- Genderkoek
- LGBT, LGBT+, LGBTI+, LGBTQIA+ ? Betekenis, woordenlijst en schrijftips
- Regenboogvlag
- Organisaties: informatief, hulplijnen en vormingen
- Brochures
1. Genderkoek
Geen zin om te lezen? Bekijk het filmpje van Wel Jong.
Gender is een enorm complex gegeven, het is meer dan iemands geslacht.
De Genderkoek (Genderbread Person) is een handige manier om het begrip gender overzichtelijk weer te geven.
De genderkoek omvat 4 componenten: geboortegeslacht, genderidentiteit, genderexpressie en aantrekking. Tussen deze componenten zijn alle combinaties mogelijk én evenwaardig.
Geboortegeslacht (biologische sekse)
- Bepaald door zaken als geslachtsdelen, chromosomen en hormonen.
- Het is enkel en alleen gebaseerd op wat de artsen visueel waarnemen bij de geboorte en wordt als zodanig vastgelegd op de geboorteakte.
- Alles wat niet binnen het binaire kader (man – vrouw) past, noemt intersekse. Personen met een intersekse conditie zijn een heterogene groep door de vele variaties.
Genderidentiteit
- Verwijst naar het innerlijke gevoel van man, vrouw, (afwisselend) beide of noch man of noch vrouw zijn.
- Het belangrijkste is hoe een persoon invulling geeft aan een eigen genderidentiteit en daar hoeft niet per se een ‘label’, zoals cisgender, transgender, non-binair, agender of genderfluïde, op te plakken.
Genderexpressie
- Manier waarop je gender uitdrukt door middel van kleding, gedrag… Je naar buiten gerichte zelf en hoe anderen dat interpreteren. Uit zich op verschillende manieren: persoonlijkheid (hobby’s, interesses, favoriete drankjes…), uiterlijk (kledij, kapsel, make-up, tattoos…), gedrag (manier van spreken, van wandelen…).
- Karakteristieken en gedragingen worden cultureel en sociaal geassocieerd met vrouwelijkheid of mannelijkheid. Hieruit komen veel genderstereotypen en vormen van discriminatie.
VOORBEELDEN
De genderkoek is een ideale tool om termen zoals homoseksualiteit, transgender, dragqueen en non-binair uit te leggen. Besef dat dit voorbeelden zijn, en het gevoel van een persoon anders kan zijn dan het ‘label’: een homoseksuele man kan een meer vrouwelijke expressie hebben of een non-binair persoon kan het geslacht vrouw hebben. Bekijk het filmpje van Prof. P. Hoebeke voor meer uitleg.





OPGELET
- Geen enkele component is binair, maar wel een spectrum. Bijvoorbeeld: het is niet altijd OF een mannelijke expressie OF een vrouwelijke expressie.
- Wees er bewust van dat dergelijke onderverdelingen cultureel- en tijdsgebonden zijn.
- Het zijn slechts definities die hier worden gegeven. Hoe een persoon een eigen (gender)identiteit invult is het belangrijkste en daar heeft elke persoon recht toe. Bijvoorbeeld: sommige personen vinden dat er een onderscheid is tussen romantische en seksuele aantrekking, terwijl anderen dit anders interpreteren/invullen.
- Het is aan de persoon in kwestie om, wanneer die daar akkoord mee is, te praten over de eigen genderidentiteit. Niemand heeft het recht om een persoon daartoe te verplichten. Wie iemand anders ‘out’ of iemand dwingt om zich te ‘outen’, brengt de mentale veiligheid van die persoon in gevaar.
2. LGBT, LGBT+, LGBTI+, LGBTQIA+ ?
Betekenis
LGBTQIA+ is een verzamelterm. Een overzicht waarvoor elke letter staat:
L Lesbisch
G Gay (homo)
B Biseksueel
T Transgender
Q Queer / Questioning (nog zoekende)
I Intersekse
A Aseksueel / aromantisch
Het plusteken ‘+’ staat voor de vele andere genderidentiteiten, -expressies en seksuele voorkeuren die bestaan.
Op zoek naar een woordverklaring? Of wil je weten of je wel de meest LGBTI+-inclusieve term gebruikt? De verklarende woordenlijst van çavaria helpt je op weg, maar ook het TIP legt de terminologie uit.
Schrijftips
Enkele tips om in het achterhoofd te houden wanneer je begint te schrijven:
- Afhankelijk van over wie je spreekt, gebruik je bepaalde letters uit de verzamelterm. Schrijf je bijvoorbeeld over holebi’s, noteer dan LGB. Schrijf de eerste keer alles voluit en zet de afkorting tussen haakjes. Op die manier is het meteen duidelijk wat je bedoelt en kan je verder in de tekst altijd de afkorting gebruiken.
- Samenstellingen met een afkorting schrijf je met een liggend streepje. Als de afkorting eindigt op + blijft deze regel gelden. Voorbeeld: LGBT+-thema.
- Soms kan het interessanter zijn om het te hebben over de thema’s waarrond je werkt, bijvoorbeeld seksuele diversiteit en genderdiversiteit, in plaats van de doelgroepen.
- Als je genderbewust en -inclusief wil schrijven kan je er steeds de adviespagina rond gender erbij nemen
- Schrijftips bij het thema ‘transgender’: www.transgenderinfo.be/f/pers/schrijftips
3. Regenboogvlag
De regenboogvlag uithangen is ook een manier om je solidariteit naar LGBT+ personen te uiten. Het wordt als symbool gebruikt voor The Pride Month, tijdens de maand mei wordt er extra aandacht gevestigd op de acceptatie en rechten van LGBT+ personen.
Ondertussen is er een nieuwe variant op de basis regenboogvlag. Elke kleur in de regenboogvlag heeft een betekenis: rood staat voor leven, oranje voor geneeskracht, geel voor zonlicht, groen voor natuur, blauw voor sereenheid en paars voor moed. De kleur geel en de paarse cirkel zijn overgenomen van de intersekse vlag. De witte, roze en lichtblauwe strepen zijn afkomstig van de Transgender Pride Flag. De kleuren bruin en zwart vertegenwoordigen de queer gemeenschappen. Via de pijlvormige toevoeging wordt de nadruk wordt gelegd op ‘meer inclusie en vooruitgang’.

4. Ontwikkeling bij kinderen
Gender
Elk persoon heeft een genderidentiteit en de genderontwikkeling begint op de leeftijd van 2-3 jaar oud. Kinderen kunnen op die leeftijd zichzelf en anderen de labels jongen of meisje opplakken. In deze levensfase kunnen kinderen deze labels alleen maar koppelen aan externe en cultureel bepaalde fysieke kenmerken zoals bijvoorbeeld haarlengte, lippenstift en baarden (Van der Doef, Bennett, Leuks, 2021).
In deze beginnende fase van genderontwikkeling zijn kinderen nog erg flexibel in hun denken over gender. Ze weten dat ze worden aangesproken als jongen of meisje maar zijn nog niet rigide in hun identiteit. Kinderen fluctueren gemakkelijk tussen hun geboortegeslacht en het andere geslacht. Deze flexibiliteit blijft aanwezig in de volgende fase van genderontwikkeling (3-6 jaar oud) van kinderen. Deze fase wordt genderstabiliteit genoemd waarbij kinderen realiseren dat het niet zomaar te veranderen is of je een jongen of een meisje bent. Kinderen zijn ervan overtuigd dat tijdens spel je elk gender kan aannemen die je wil.
In de volgende fase (rond 6 jaar oud) bereiken kinderen de fase van genderconsitentie waarbij er meer een rigide beeld ontstaat over gender en kinderen vaak ook stoppen met het spelen van verschillende genderrollen.
Het is alleen niet helder of deze genderconsitentie veroorzaakt wordt door de binaire genderrollen die de maatschappij uitdraagt (Van der Doef, et al., 2021). Wat we wel weten is dat er kinderen zijn die zich niet comfortabel voelen bij de genderrollen.
Daarom is het belangrijk dat de omgeving het kinderen toestaat om te experimenteren met verschillend speelgoed, spellen en gedrag.
Seksualiteit
Tussen 4 en 6 jaar oud leren kinderen dat ze taal kunnen gebruiken om vragen te stellen die gekoppeld zijn aan seksualiteit. Kinderen leren dan ook dat volwassenen het soms ongemakkelijk vinden of handelingsverlegen zijn om vragen te beantwoorden. Kinderen lezen de non-verbale communicatie van volwassenen en slaan op welke onderwerpen volwassenen mijden.
In de leeftijd van 7 tot 9 jaar oud kunnen kinderen tijdens spel speciale (romantische) gevoelens voor een ander kind ontwikkelen waardoor de relatie versterkt.
Wanneer kinderen de leeftijdsfase van 10 tot 12 jaar oud ingaan, begint de puberteit waardoor er een hogere productie van hormonen is. Dit heeft invloed op hun mentale ontwikkeling, emoties en gevoelens voor kinderen met dezelfde of andere genders.
5. Organisaties
Jeugdorganisatie voor en door jongeren die willen bouwen aan een gelijkwaardige samenleving waarin iedereen zichzelf kan zijn in hun lichaam, seksualiteit en genderbeleving.
Contact: info@weljong.be
Vlaamse belangenverdediger van LGBTI+ mensen en koepel van LGBTI+-organisaties.
Contact: 09 223 69 29 – info@cavaria.be
Overzicht van lokale LGBTI+-organisaties: klik hier.
Hulplijn voor al je vragen over gender en seksuele diversiteit.
Contact: 0800 99 533 – vragen@lumi.be
Een neutrale, gratis en anonieme plek voor vragen over genderdiversiteit en het transgenderthema.
Contact: 0800 96 316 – contact@transgenderinfo.be
Belangenvereniging voor personen geboren met een intersekse variatie.
Contact: hallo@interseksevlaanderen.be
Vormingen, trajectbegeleiding en webinars rond het holebi, transgender, en intersekse thema.
Contact: 09 223 69 29 – info@kliqvzw.be
Ze hebben ook een e-learningplatform.
Informeert, documenteert en sensibiliseert over gendergerelateerde kwesties en feminisme.
Contact: 02 511 56 22 – info@rosavzw.be
Informatieve website voor kinderen en jongeren.
Contact: 02 551.13.50 – hallo@watwat.be
Een website specifiek gericht op het ondersteunen van transgender personen en ouders van transgender jongeren.
Een website van de Vlaamse overheid die komaf met hokjes voor meisjes, jongens, vrouwen en mannen in de samenleving en helpt om de genderklik te maken op een leuke en interactieve manier.
Een informatieve website van Sensoa met thema’s zoals seks, lichaam, soa’s, liefde en relaties.
Jongeren kunnen langsgaan bij een Regenbooghuis of een Overkophuis in de buurt voor een laagdrempelig gesprek.
Hulplijn voor al je vragen over gender en seksuele diversiteit.
Contact: 0800 99 533 – vragen@lumi.be
Een neutrale, gratis en anonieme plek voor vragen over genderdiversiteit en het transgenderthema.
Contact: 0800 96 316 – contact@transgenderinfo.be
Ondersteuning voor LGBT+ personen met een migratie-achtergrond.
Contact: 0487 55 69 38 – info@merhaba.be
Algemene hulplijn.
Contact: 106 – chat via website
JAC maakt deel uit van het CAW (Centrum voor Algemeen Welzijn). Het helpt jongeren tussen 12 en 25 jaar met al hun vragen en problemen.
Conact: zie website voor gegevens per regio – chat via website
Awel luistert naar kinderen en jongeren.
Contact: 102 – brievenbus@awel.be – chat via website
Chat met het CLB, Centrum voor Leerlingenbegeleiding.
Contact: chat via website
Voor wie hulp en begeleiding nodig heeft rond het thema suïcide.
Contact: 1813 – mail@zelfmoordlijn.be – chat via website
Voor alle vragen over drank, drugs, pillen, gamen en gokken.
Contact: 078 15 10 20 – chat via website
Professionele hulplijn voor vragen over geweld, misbruik en kindermishandeling.
Contact: 1712
Hierboven niet de hulplijn gevonden die je zocht? Raadpleeg deze site.
De volgende organisaties bieden vormingen aan voor leerkrachten.
Vormingen, trajectbegeleiding en webinars rond het holebi, transgender, en intersekse thema.
Contact: 09 223 69 29 – info@kliqvzw.be
Ze hebben ook een e-learningplatform.
Leer hier hun aanbod kennen aan de hand van een brochure.
Vlaams expertisecentrum voor seksuele gezondheid.
Contact: 03 238 68 68 of contactformulier op website
6. Brochures
Wil je graag meer lezen? Dat kan, hieronder staan enkele interessante brochures van çavaria.
Bronnen
Doef, V. S. der, Bennett, C., & Lueks, A. (2022). Going Beyond “The Talk” (Illustrated). Jessica Kingsley Publishers.