Wie roze wast, stinkt het hardst

In de Pride parades rijden heel wat praalwagens mee die gesponsord worden door bedrijven. Die hebben immers de LGBTQ+ gemeenschap ontdekt als interessante bron van inkomsten, en ze proberen ze aan zich te binden.

Als dat te doorzichtig gebeurt, noemen we dat pink washing. Een bedrijf doet alleen maar LGBTQ+ vriendelijk voor het geld. Daardoor krijgen holebi-organisaties soms moeilijker aandacht omdat zij niet over grote budgetten beschikken.

Een paar uitschuivers op een rijtje.

Schuldig: Israël

Israël werd door een Amerikaanse studie als militaristisch, religieus en homofoob bestempeld. Het land kreeg dus weinig toeristen over de vloer, een gemiste commerciële kans. Daarom startte het land een homovriendelijke campagne om zijn imago op te krikken. De website Outstandingtravel.com prijst Israël aan als het mekka voor de rijke homo. Een zeer beperkte doelgroep binnen de LGBTQ+ community dus. Pinkwashing approved!

Oeps!: Shell

Wellicht de opvallendste actie uit de bedrijfswereld kwam van oliemaatschappij Shell. Het plaatste met de slogan ‘Welkom bij Shell. Iedereen’ een video online. Vier tankstations in de buurt van Amsterdam werden in de regenboogvlag geschilderd. Pijnlijk detail: de regenboogvlag stond ondersteboven op de stations, met paars bovenaan in plaats van rood.

Ocharme: Hema
Hema verkocht tijdens de Pride week roze gebakjes in hun winkels waarvan de opbrengst naar GSA’s ging. De keten werd ervan beschuldigd dat geen cent van de gebakjes naar de GSA’s gestort zou worden. Een onterechte beschuldiging want de winkel deed het wel. Ook in 2016 deed Hema al een actie met T-shirts waarvan de gehele opbrengst (dus niet enkel de winst) naar het GSA-netwerk ging.

Door: Pieter Desaever, AP journalistiek

Comments are closed.